Vorderingen die ontstaan na de faillissementsdatum moeten worden geverifieerd. Wellicht ben je bekend met het arrest Koot/Tideman, waaraan vooral in 2013 veel aandacht werd geschonken. De grote vraag was wel of er de mogelijkheid bestond om vorderingen ter verificatie in te dienen die pas waren ontstaan na de faillissementsdatum. Pas in maart 2018 volgde er een antwoord van de Hoge Raad.
Hoe lagen de feiten?
Aan OSX Leasing Group B.V. werden twee verschillende kredieten verstrekt door het bedrijf Credit Suisse Brazil. In de overeenkomsten van deze kredieten staat vermeld dat OSX verplicht is tot het vergoeden van de advocatenkosten die Credit Suisse Brazil maakt in het geval van een zogenaamde ‘event of default’. Aan OSX werd in april 2015 voorlopige surseance van betaling verleend en al vóór deze datum was er sprake van een ‘event of default’. Op 15 juli in dat jaar volgde de officiële faillietverklaring van OSX.
De curator en de Hoge Raad
Credit Suisse Brazil diende vorderingen in voor de gemaakte rechtsbijstandskosten na de faillissementsdatum en deze werden door de curator betwist. Er werd hierop een procedure gestart door Credit Suisse Brazil om erkenning van deze vorderingen te vorderen. Uiteindelijk besloot de rechtbank om aan de Hoge Raad prejudiciële vragen te stellen over deze discussie.
De Hoge Raad gaf hierop aan dat het uitgangspunt is dat het faillissement op wederkerige overeenkomsten geen invloed heeft, waardoor het faillissement niet tot wijzigingen leidt van de uit de overeenkomsten voortkomende verbintenissen. Hierbij benadrukt de Hoge Raad dat dit van toepassing is op diverse bestaande rechtsverhoudingen ten tijde van het faillissement en niet alleen op vorderingen die uit wederkerige overeenkomsten ontstaan.
Wat mogen we uiteindelijk concluderen?
De zaak heeft lang gelopen, maar uiteindelijk is er dan toch een conclusie getrokken. Vorderingen die ontstaan tijdens een surseance of het daaropvolgende faillissement komen in aanmerking voor erkenning. Hierbij geldt dat er geen strijd mag zijn met het fixatiebeginsel en er moet sprake zijn van een reeds bestaande rechtspositie op het moment van de surseance en de daaropvolgende faillissementsverklaring. Het is dus in de praktijk mogelijk dat er vorderingen ontstaan na de faillissementsdatum.
Als advocaat een deurwaarder inzetten
In de praktijk krijgen advocaten vaker te maken met zaken waarin bijval van een deurwaarder wenselijk is. Je wilt dan kunnen rekenen op een betrouwbare, professionele en ervaren deurwaarder. Deze vind je via FORES. Voor meer informatie of advies kun je altijd contact opnemen. Uiteraard kun je ook direct een online account aanmaken.